CSRD light, CS3D beperkt

CSRD vereenvoudigd, vrijwillige rapportage behouden. Een ESG met twee snelheden?

Minder verplichtingen, meer vrijwilligheid. Het Omnibus-pakket herziet het toepassingsgebied van de CSRD. Een vereenvoudiging die CIO’s dwingt hun afwegingen te herzien zonder concessies te doen aan de kwaliteit van de gegevens.

Het toepassingsgebied is gewijzigd. De reikwijdte van de verordening is beperkt tot ondernemingen met meer dan 1.000 werknemers, tegenover 250 tot nu toe. Concreet betekent dit dat 80% van de ondernemingen zou worden vrijgesteld van de rapportagevereisten op het gebied van duurzame ontwikkeling. De CSRD werd aangenomen met een drempel van 1000 werknemers in 2024, maar zou oorspronkelijk van toepassing zijn vanaf 500 werknemers, voordat er op het laatste moment wijzigingen werden aangebracht.

De Europese Unie neemt geen stap terug, maar vereenvoudigt. Dat is in ieder geval de boodschap die de Commissie wil uitdragen met deze spoedherziening, die sinds februari in een stroomversnelling is geraakt. Het doel: de administratieve lasten verminderen en de verplichtingen van verschillende belangrijke richtlijnen van de Europese Green Deal verduidelijken, met op de eerste plaats de CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive) en de CS3D (Corporate Sustainability Due Diligence Directive).

Vrijwilligheid

Naast de drempel van 1 000 werknemers verlaagt de Commissie de omvang op basis van de omzet: minimaal 450 miljoen euro. Dit beperkt het aantal bedrijven dat onder de verordening valt nog verder. De “uitgesloten” ondernemingen kunnen echter op vrijwillige basis blijven publiceren op basis van de werkzaamheden van de EFRAG (European Financial Reporting Advisory Group). Het idee? Ondernemingen die dat wensen, de mogelijkheid bieden hun transparantie ten aanzien van beleggers, klanten of banken die onder de SFDR (Sustainable Finance Disclosure Regulation) vallen, te handhaven.

Het standpunt van de Raad over de CS3D gaat veel verder dan het voorstel van de Commissie, dat niet inging op het toepassingsgebied van de verordening. De Raad stelt een nieuwe drempel vast voor ondernemingen die onder de verordening inzake duurzaamheidsinformatieplicht vallen: 5 000 werknemers en 1,5 miljard EUR omzet, waardoor de overgrote meerderheid van de ondernemingen wordt uitgesloten.

Risicogebaseerde aanpak

In zijn verklaring preciseert de Raad dat zijn voorstel uitsluitend gericht is op de grootste ondernemingen, omdat deze “de grootste invloed op hun waardeketen kunnen uitoefenen en het best in staat zijn om de kosten en beperkingen van de zorgvuldigheidsprocessen op te vangen”.

Het standpunt van de Raad verschuift de nadruk van CS3D naar een “risicogebaseerde benadering” in plaats van een entiteitsbenadering, om zich te concentreren op “gebieden waar de werkelijke en potentiële negatieve effecten het grootst zijn”.

Regressie of pragmatisme?

De koers is uitgezet: een ESG met twee snelheden. Enerzijds een bindend regelgevingskader voor grote concerns, anderzijds een vrijwillige aanpak, gevormd door de markten en de druk van belanghebbenden, voor bedrijven die buiten het toepassingsgebied vallen.

Regressie of pragmatisme? Verplichte rapportage wordt tegenover strategische rapportage geplaatst. Met andere woorden: “ik doe het omdat het interessant is voor mijn bedrijf”. Dit roept een centrale vraag op: hoe kunnen systemen voor het verzamelen, consolideren en waarborgen van ESG-gegevens in stand worden gehouden in een landschap waar vrijwilligheid en keuzevrijheid voor de meeste marktdeelnemers de norm worden?